Wat te vermijden?

Verkeerde vetten

 

Niet alleen suiker, die de groei van kanker bevordert, is alomtegenwoordig in ons eten. Ook kunstmatige vetten hebben hun intrede gedaan. Dierlijk vet werd verbannen en plantaardig vet diende een vervanger daarvoor te zijn. Maar plantaardig vet bederft erg snel. Daarom werden door producenten allerlei verhardingsprocessen ontwikkelt om deze vetten lang houdbaar en ongeschikt voor bacteriën te maken.

Ook worde stoffen als sulfiet aan eten toegevoegd om het lang houdbaar te maken. Van sulfiet staat vast dat het kankerverwekkend is. Bevolking wordt afgeraden om grote hoeveelheden bewerkt vlees te eten omdat dan de veilige concentraties sulfiet overschreden worden. 

 

 

Weg met vetten?

 

Er komt steeds meer informatie over voeding en de invloed daarvan op onze gezondheid. Toch blijkt het nog niet zo eenvoudig om door het woud van deze informatie echte kennis te vergaren over wat je wel en niet zou moeten eten. Moeten we dierlijk vet vermijden en alleen plantaardig vet eten? Paradoxaal genoeg zorgen juist plantaardige vetten voor de meeste zuurstofdaling in ons lichaam na consumptie ervan. Dit feit kan als oorzaak voor ontstaan van tumorcellen gezien kan worden. Moeten we dan sowieso vetten beperken of uitbanen zoals tot nu toe werd geadviseerd? Helaas is het antwoord niet zo eenvoudig. Vetten bevatten vitaminen die onontbeerlijk voor ons zijn. Dierlijk voedsel bevat essentiële aminozuren die we zelf niet aan kunnen maken.

 

Lees meer...


EFSA en RIVM

In 2013 verschenen de resultaten van een onderzoek van de Europese Voedselveiligheidsautoriteit EFSA waaruit bleek dat door verhitting van plantaardige olie en vet (en in het bijzonder het verharden van plantaardige olie en vet) kankerverwekkende stoffen ontstaan die zeer slecht zijn voor de gezondheid. Deze substanties zijn bijzonder gevaarlijk voor jonge kinderen. RIVM bevestigt dat bij jonge kinderen vanaf 2 jaar de veiligheidslimieten voor deze kankerverwekkende stoffen overschreden worden. De overschrijding piekt op de leeftijd van 7 jaar om daarna weer langzaam af te nemen en komt door het relatief lage lichaamsgewicht  van jonge kinderen ten opzichte van wat zij eten. (zoek op de site van RIVM naar "3-MCPD" en selecteer "Indicatie van de inname van 3-MCPD via voedsel", publicatiedatum 4 april 2016).

 

 

De boosdoeners

De boosdoeners zijn de kankerverwekkende stoffen die ontstaan bij het verharden van plantaardige olie en vet. Door de extreme verhitting van plantaardige olie ontstaan er glycerol-achtige substanties die olie en vet verontreinigen met GE, 3-MCPD en 2-MCPD en hun 3-voudige vetzuren:

 

GE = glycidyl 3-voudige vetzuren die in glycidol veranderen na inname

3-MCPD = 3-monochloropropanediol

2-MCPD =  2- monochloropropanediol

 

Vooral palmolie blijkt een voorname bron te zijn van deze kankerverwekkende stoffen, maar ook in andere plantaardige olie die verhit of verhard worden ontstaan deze stoffen.

 

Kind de dupe

Vooral jonge kinderen vanaf 2 jaar blijken veel te veel van deze stoffen binnen te krijgen via margarines, banketproducten zoals koek, gebak en ook brood.

Baby's die enkel formule poedermelk drinken kunnen tot 10 x de toegestane norm in hun lichaam hebben van deze schadelijke en kankerverwekkende stoffen.

 

 

Ook ouderen  en mensen die veel margarines, banketproducten en brood consumeren hebben te hoge concentraties van deze stoffen in hun lichaam. 

 

 

 

Link EFSA voor het volledig document:

 

http://www.efsa.europa.eu/en/press/news/160503-0

 

 


Inname normen 

Op dit moment bestaan inname normen voor deze 3-MCPD kankerverwekkende stoffen eigenlijk alleen ten aanzien van het product sojasaus. Sojasaus wordt tegenwoordig namelijk vervaardigd via de chemische weg in plaats van een natuurlijk gistingsproces (dat maar liefst 1,5 jaar duurt). Chemisch vervaardigde sojasaus wordt binnen een paar uur geproduceerd met behulp van zoutzuur (als je benieuwd bent hoe dat gebeurt zoek dan bij de uitzendingen van Keuringsdienst van Waarde op YouTube). Daarbij ontstaan echter ook kankerverwekkende bijproducten (omdat soja vetten bevat).

 

Echter, voor margarines en aanverwante producten en voor bakkersproducten waarin verharde vetten veelvuldig worden gebruikt en waarbij de kankerverwekkende substanties ook zijn aangetroffen, bestaan deze normen (nog) niet. De vraag is of deze normen ook zullen komen aangezien de lobby van de voedselindustrie zeer sterk is en de interesse van de consument in het onderwerp zeer laag.

 

Brood en andere deegwaren worden naast toevoeging van verharde vetten ook behandeld met meelverbeteraar dat chemisch gewonnen wordt uit mensenhaar (als je benieuwd bent hoe dat gebeurt zoek dan bij uitzendingen van Keuringsdienst van Waarde op YouTube, link: https://www.youtube.com/watch?v=vdBLz9q5njY). Ook hier geldt dat de gezondheidsimplicaties daarvan onvoldoende zijn onderzocht om als veilig voor consumptie door kinderen te worden bestempeld.

 

Verkeerde aanbeveling Voedingscentrum

Het Voedingscentrum beveelt nog steeds om kleine kinderen brood met margarine te geven. Volgens het voedingscentrum zou dit bewerkt voedingsproduct goed zijn tegen obesitas. Deze bewering is door geen enkele wetenschappelijke studie onderbouwd. Er is geen enkele reden om aan te nemen dat kinderen door boter meer zouden aankomen dan door margarine. Sterker nog, natuurlijk vet is heel belangrijk voor kinderen. Natuurlijk vet bevat essentiële vetzuren, zoals omega 3 en vele vitaminen: A, D, E, K, etc. Kindjes die te weinig gezonde vetten binnenkrijgen kunnen verstopping krijgen of juist peuter-diarree.

De nadelige gevolgen van voeding met verharde vetten (waarin kankerverwekkende stoffen zich bevinden en chemisch geproduceerde vitaminen die niet volledig zijn) worden door het Voedingscentrum niet in aanmerking genomen of genoemd. Bovendien worden de voordelen van natuurlijke vetten door het Voedingscentrum niet belicht.

 

Het is veel verstandiger om suiker en koolhydraten te beperken indien het kindje inderdaad obees is en niet de natuurlijke vetten die het juist broodnodig heeft. 

 

De Gezondheidsraad, het belangrijkste adviesorgaan van de regering, staaft deze adviezen van het Voedingscentrum niet. De Gezondheidsraad geeft aan dat consumptie van zuivel gezond is en dat het de gezondheid goed doet. Er is derhalve geen enkele reden om boter in het dieet van kinderen te verbieden of te mijden.

 

Benieuwd naar de juistheidsgehalte van de adviezen van het voedingscentrum? Lees verder het artikel "Het voedingscentrum: De leugen op tafel".

 

Waarschuwing Becel-ProActive op de verpakking

Becel doet het veel beter op zijn Pro-Active verpakking, dan het Voedingscentrum. Het bedrijf waarschuwt mensen om Becel Pro-Active niet aan kleine kinderen of zwangere vrouwen te geven door de aanwezige plantsterolen in de margarine. Wetenschappelijk onderzoek heeft namelijk laten zien dat het gebruik van plantsterolen op lange termijn voor verhoogde kans op hartaanvallen zorgt. De rechter heeft bepaald dat Becel dit op de verpakking dient te vermelden (zie foodwatch.org).

  

Minerale oliën (aardolie) in eten

Het RIVM onderzoekt tegenwoordig ook de aanwezigheid van minerale olie dat afkomstig is uit de aardolie industrie in ons voedsel (publicatiedatum 26 juni 2018). De minerale olie is afkomstig van restanten van drukinkt in de verpakkingen waarin het voedsel zit of van machine olie van het productiemachines zelf. Ernstiger is dat minerale olie ook bewust toegevoegd wordt door de fabrikanten om voedsel lang houdbaar of neutraal smakend te maken. Dit gebeurt meestal in de vorm van hulpstoffen die niet op de verpakking vermeld hoeven te staan.  Hiermee gaan de producenten nog een stap verder in het ongezond maken van ons voedsel. 

 

Over dit fenomeen is bij de consument nog erg weinig bekend. Minerale olie werd tot nu toe op grootschalige wijze voornamelijk in cosmeticaproducten gebruikt, zonder dat consumenten zich daar echt bewust van zijn. Nu blijkt echter dat door voedselproducenten de stap naar de voedselindustrie is ingezet met naar verwachting zeer schadelijke gevolgen. Een voorbeeld is de productie van zonnebloemolie. Daarbij wordt het oplosmiddel hexaan toegevoegd, dat gewonnen wordt uit aardolie, dit om de pulp van zonnebloempitten op te lossen. Daarna wordt het mengsel geraffineerd, gebleekt en kleur- en smaakloos gemaakt. Door dit procedé wordt de olie lang houdbaar en smaakt het nergens naar. Als je benieuwd bent hoe dit in zijn werk gaat, kijk dan hier naar Keuringsdienst van Waarde (uitzending van 8 november 2018). Ook voor de productie van truffelolie wordt aardolie ingezet, in dit geval petroleum (zie "De Supermarkt Survival Gids" van Teun van de Keuken, bekend van Keuringsdienst van Waarde).

Verder wordt hexaan gebruikt bij het vervaardigen van "natuurlijke smaak en geurstoffen" die aan producten worden toegevoegd i.p.v. de oorspronkelijke ingrediënten. Dit wordt gedaan om de geur en smaakstoffen los te weken uit de planten en in de vloeistof te krijgen (het overgebleven afval dat hexaan bevat wordt vervolgens gewoon als compost voor jonge planten weer gebruikt).

Waarom weten wij dit doorgaans niet? Door hexaan als "hulpmiddel" aan te merken hoeft de producent het niet als ingrediënt te vermelden op de verpakking.

 

Belangrijke tip:

Gebruik altijd biologische olie van de eerste persing (deze heeft geen chemische bewerking ondergaan).